Auteur: Jos Swanenberg - Met dank aan de Werkgroep Toponymie, Kring Vrienden van 's-Hertogenbosch
Straatbeeld van de Verwersstraat in de richting van de Fonteinstraat. Anno 1902. Foto: Stadsarchief, nr. 0032278
Achter de straatnamen van ’s-Hertogenbosch kan meer schuilen dan je in eerste instantie vermoedt. De Verwersstraat is genoemd naar verf. Het zal u weinig verbazen. Maar de Verwersstraat is niet genoemd naar de huisschilder of de kunstschilder, maar naar een oud, vergeten beroep: de lakenverver. De tijd dat er laken werd gekleurd in ’s-Hertogenbosch is al lang vervlogen, maar niettemin is er nog een oudere naam bekend van deze straat: de (Lange) Kolfertstraat, zo geheten naar de gelijknamige bakkerij ‘de Kolf’. Toen de lakennijverheid steeds belangrijker werd, ging de straat Verwersstraat heten. Met laken wordt hier de wollen stof bedoeld en niet de linnen of katoenen stof, zoals we tegenwoordig gewend zijn bij tafellakens en beddenlakens. In de vijftiende eeuw werd er in onze streken goudgeld verdiend aan de lakennijverheid. Een van de zijstraten van de Verwersstraat is het Volderstraatje. Ook die naam verwijst naar de lakennijverheid in onze stad. Om laken mooi effen en viltachtig te maken zodat van de geweven draden vrijwel niets is te zien, moet de wol worden gevold. Vollen is de wol samenvoegen door middel van slaan, stampen (bijvoorbeeld treden in een kuip), kneden of persen tussen walsen. De arbeiders die volden, worden vollers genoemd, of in ’s-Hertogenbosch volders, zoals je behalve dienaars ook dienders hebt en behalve molenaars ook mulders.